Login
Logo Waterbouwers

Nederland is één grote showroom

MartinWijnenRWS_Vereniging_vanWaterbouwers
Tag(s): Extern, Tag(s):Markt

Martin Wijnen is de nieuwe directeur-generaal van Rijkswaterstaat. Hij waardeert het innovatief vermogen van de praktijk. Waterbouwers bedenken en maken prachtige dingen, Nederland is één grote showroom. Zijn aanmoediging: “Ga verder met de ontwikkeling van bijvoorbeeld elektrificatie en waterstoftoepassing. Ik zie degelijke experimenten als launching customer, of zelfs launching nation.”

MartinWijnenRWS_Vereniging_vanWaterbouwers

Martin Wijnen is de nieuwe directeur-generaal van Rijkswaterstaat. Bij zijn benoeming begin 2024 noemde Wijnen het een eer en uitdaging om te mogen bijdragen aan het leefbaar houden van het land. “Graag en liefst in goede verbinding met voor wie we werken en met wie we werken.” Acht vragen en antwoorden ter kennismaking.

Tot zijn overstap naar Rijkswaterstaat was Martin Wijnen bijna vijf jaar Commandant Landstrijdkrachten bij het Ministerie van Defensie. Als officier van de Genie volgde Martin Wijnen de Officiersopleiding Grond-, weg- en waterbouwkunde aan de Koninklijke Militaire Academie in Breda. Hij bekleedde bij Defensie diverse operationele en leidinggevende functies binnen het vakgebied van mobiliteit, constructie en weg- en waterbouw. “Ik heb grondwerk en waterbouw gestudeerd. Dus als een waterbouwer tegen mij aanpraat, dan denk ik dat ik begrijp wat ze zeggen. Dat maakt het wel gemakkelijker om met de sector te praten over de kansen, problemen en dreigingen.”

Wat is uw eerste indruk van de sector?

“We mogen stellen dat Rijkswaterstaat een iconische organisatie voor Nederland is, die zelfs in het buitenland, onder zijn eigen naam bekendheid heeft. Diezelfde status en waarde gelden in zekere zin ook voor de waterbouwsector. Je zou het nog anders kunnen duiden. Als je zegt 'God created the world,’ dan zou je best kunnen stellen: 'en de Nederlanders creëren Nederland, onder aanvoering van Rijkswaterstaat én de waterbouwsector.’ Zonder waterbouwers was het land niet zo prachtig als het nu is. Een groot deel zou zelfs niet bestaan, onder zeeniveau liggen.

Waterbouwers bouwen niet alleen, ze doen dat met super hoge kwaliteit. Ook veertig jaar na de oplevering van bijvoorbeeld de Oosterscheldekering functioneert het. Eind 2023 sloten de keringen. Voor het eerst allemaal tegelijk en ze deden het! Naast betrouwbaar en zeer hoogstaand werk, zorgen waterbouwers ook voor innovaties. Waterbouw is een exportproduct.”

U komt uit de Defensie-organisatie en bent nu DG van Rijkswaterstaat. Een totaal andere organisatie met andere uitdagingen?

“Rijkswaterstaat is natuurlijk anders dan de landmacht, maar kent ook veel parallellen. In beide organisaties is altijd gedoe dat je moet managen en oplossen. De productie moet altijd omhoog, zowel Defensie als Rijkswaterstaat moeten meer dingen doen in minder tijd. Heb je die efficiencyslag op gang, dan moet je als DG of commandant de organisatie op koers houden, rekening houdend met de realiteit van de veranderende wereld. Je bent voortdurend de richting naar de stip op de horizon aan het herijken. Als commandant en nu als DG zit ik ook in de bestuursraad, in interactie met bewindspersonen en crisiscoördinatie. Het onderwerp is anders, maar de processen zijn voor een groot deel hetzelfde.”

Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat heeft de financieringshorizon voor projecten verruimd naar acht jaar. Wat betekent dit voor Rijkswaterstaat en voor waterbouwers?

“Om veel beter zicht te hebben in de toestand van het areaal is Rijkswaterstaat begonnen met asset management. We zetten nu een portfolio aan opdrachten in de markt, waarbij we projecten, programma’s en soms ook soortgelijke werken bundelen. Je kunt sluis voor sluis in de markt zetten, maar een aantal sluizen ook in een serieopdracht aanbieden, zoals nu met het Tilburgse Wilhelminakanaal. Dat geeft ons en aannemers meer planningsflexibiliteit, sturingsvrijheid en continuïteit; de deal flow die voor de bouwers zo belangrijk is.

We rollen nu asset management met de ruimere financieringshorizon uit. Mijn aandacht ligt momenteel bij het opvoeren van dat tempo. Ik weet dat de watersector zit te wachten op een tsunami aan opdrachten. Ik kan zeggen dat de zee al terugtrekt en de eerste bewegingen zijn er, de tsunami kondigt zich aan; de opdrachten gaan loskomen. Om met de minister te spreken: heb nog even geduld.”

MartinWijnenRWS2_Vereniging_van_Waterbouwers.jpgBinnenkort start het Platform Vervangings- en Renovatieopgave (V&R). Hier werken RWS en de markt samen om grote infrastructurele werken naar de markt te brengen en binnen tijd en budget te doorlopen. Wanneer is het platform een succes?

“Als we grote opgaven samen realiseren. Ik weet dat we uit een tijd komen dat markt en overheid op grotere afstand van elkaar stonden. Maar weet dat deze DG open staat voor business, vanuit een gezamenlijk doel én een weloverwogen reëel eigenbelang. Waarbij we - zonder klef te willen overkomen - bouwen aan de relatie, waarin we uitdagingen zoals de arbeidsmarkt en verduurzaming samen proberen op te lossen. Opdrachtgever en opdrachtnemer moeten niet te huiverig zijn om elkaar op te zoeken. En ik ben van de school dat bouwers echt mogen verdienen aan projecten. Rijkswaterstaat wil graag dat al het werk goed en snel(ler) gedaan wordt. Er is echt meer wat ons bindt, dat wat ons scheidt.”

Met uw komst waait er een nieuwe wind, om uw beeldspraak aan te houden. Welke windrichtingen zouden waterbouwers moeten laten waaien. Ofwel: waarmee moeten aannemers starten en stoppen?

“Dat zijn precies de vragen die ik bij aankomst aan mijn eigen organisatie stelde. Deze vragen komen mooi van pas, ik kan ze gespiegeld beantwoorden.

Waar we echt allemaal mee moeten starten is verduurzaming. We hebben een klimaatprobleem, we zijn de aarde aan het opbranden. Daarnaast moeten we starten met versnellen. Dat geldt zeker voor RWS, maar ook de bouw kan slagen maken, zoals werken in series en aan deal flows.

Wat betreft het stoppen, en dit geldt breder in de sector: stop met elkaar de maat nemen. Stop met over elkaar praten en na een publicatie of uitzending bellen dat het niet zo bedoeld was. Kritisch zijn mag altijd! Is het nodig om een punt te maken, doe dat vooral met de betreffende mensen of organisaties. De deur van deze DG staat in elk geval open.”

En wat moeten wij behouden? 

“Hun innovatief vermogen, ze bedenken en maken prachtige dingen; Nederland is één grote showroom. Ik weet dat in de sector nog niet iedereen hetzelfde denkt over verduurzaming, maar ga verder met de ontwikkeling van bijvoorbeeld elektrificatie en waterstoftoepassing. Ik zie degelijke experimenten als launching customer, of zelfs launching nation. We hebben al goede voorbeelden van substantiële verminderingen van CO2-uitstoot in het werk. Laten we de wereld zien dat het kan.
Als Rijkswaterstaat hebben we daar natuurlijk ook een rol in, bijvoorbeeld in het opnemen van duurzaamheidsdoelstellingen in de tenders. En loop je vast op een innovatie? Zoek elkaar en Rijkswaterstaat op! Niemand is krachtig genoeg om alleen zo’n grote omslag te kunnen realiseren. Dat bedoel ik met het bouwen aan relaties, niet alleen in het platform, maar op verschillende thema’s.”

Waar liggen volgens u de komende jaren de grootste waterbouwopgaven?

“Vervanging en renovatie is echt een grote! Veel werken zijn initieel gebouwd met een andere, vaak minder grote belasting en een minder grote frequentie van die belasting, ofwel meer en zwaarder verkeer. Neem de Van Brienenoordbrug. Toen we in de jaren ‘60 daaraan begonnen, hadden we niet kunnen voorzien dat er dagelijks 230 duizend voertuigen met grotere lasten overheen zouden gaan. Hetzelfde zie je bij waterwegen en sluizen, eigenlijk bij al onze assets. De systemen worden tot hun limieten belast en ondertussen wordt alles ouder. Dat is geen mooie combinatie. Daar ligt echt een mega-opgave.

Dan hebben we nog een Kaderrichtlijn Water; ook voor de waterbouw van enorm belang. Daarvoor moet tot 2027 nog veel gebeuren. Datzelfde geldt voor het Hoogwaterbeschermingsprogramma in de jaren daarna. Daarnaast zijn klimaatverandering en -adaptatie, verduurzaming en circulariteit echt thema’s die ons werk raken. Tot slot moeten we ook goed kijken naar digitalisering – de zich exponentieel ontwikkelde technologie. Dat kan ons helpen de sprong in productiviteit te maken.”

En hoe kunnen wij als waterbouwers hieraan bijdragen?

“Er zijn kansen, er zijn bedreigingen en contextuele zaken die een schijnbaar eenvoudige opgave ingewikkeld maken. Maar laten we het samen doen, met de hele sector. Als een GWW-ecosysteem dat met vereende krachten werkt. Dat punt heb ik net gemaakt in het kader van het platform V&R. We moeten elkaar weten te vinden en in gesprek komen en blijven. Tegelijkertijd moeten we niet verzanden in oeverloos gepraat, maar vooral ook doen en stappen zetten. Mijn motto, dat ik (daarbij) vaak binnen Rijkswaterstaat laat horen, zou ik ook graag aan de sector willen meegeven: Daden! Geen woorden. Aan de slag!”