Sinds 2021 is het bouwconsortium bestaande uit HOCHTIEF, Ballast Nedam en Van Oord, begonnen met de aanleg van 2,5 kilometer kades en grondkeringen in de Prinses Amaliahaven. Dit mega project, in opdracht van Havenbedrijf Rotterdam, is onderdeel van de verdere ontwikkeling van de Rotterdamse haven. Met de uitbreiding is het mogelijk om de jaarlijkse overslag met 4 miljoen standaardcontainers te vergroten. “Het werk aan de kades is verdeeld tussen de bouwpartijen. Ballast Nedam & HOCHTIEF zijn verantwoordelijk voor het civiele werk, zoals het heien van de funderingen en het maken van het betonwerk. Van Oord is verantwoordelijk voor al het grondwerk en zal ook de baggerwerkzaamheden uitvoeren”, zo geeft Eric Bouman, projectmanager bij Van Oord, aan. “Het omvangrijke project kent vele uitdagingen. Zowel op logistiek gebied, in de uitvoering, op technisch vlak als op het gebied van duurzaamheid. Maar we hebben veel expertise in huis. We liggen op koers en verwachten het project in 2024 op te kunnen leveren.”
Omvangrijk project
Het project omvat de aanleg van diepzee- en binnenvaartkades, aan beide zijden van de ongeveer 2,5 kilometer lange haven. In totaal zal er 1.825 meter diepzee-kade, 160 meter binnenvaartkade en 360 meter aan grondkeringen worden gebouwd. De bouw van de kades begint met het grondwerk en de bemaling van de bouwput. “Het betreft hier een bouwput waarin de kademuur in het droge wordt gebouwd. Nadat er een groot gat is gegraven, wordt er bemaling geplaatst zodat de bouwput droog is en worden de funderingen voor de kades erin gezet. Vervolgens wordt er een betonnen sloof opgezet en weer aangevuld. Nadat deze gereed is, wordt het resterende zand aan de havenzijde weer weggebaggerd.” zo geeft Bouman aan.
Dagelijks werken er ongeveer 50 mensen in de staf en 240 mensen op de bouwplaats. De werkzaamheden vorderen gestaag. Bouman licht het verder toe. “We zijn in 2021 gestart met de aansluitingen op de beide bestaande terminals. Daarvandaan wordt er verder gebouwd, eerst de diepzeekades en daarna de binnenvaartkade. Ballast Nedam & HOCHTIEF heeft betonnen moten (van 25 meter breed) gemaakt op de bestaande funderingen. In elke moot gaat ongeveer 1200 kuub beton. Het grondwerk en de baggerwerkzaamheden worden uitgevoerd door Van Oord. Verderop in de Alexiahaven zal een deel van het gebaggerde zand worden gebruikt voor de bouw van een kademuur. Zinkstukken zullen voorkomen dat het zand op de bodem in de haven verschuift.”
Speerpunten
Bij de uitvoering van het project worden drie speerpunten gehanteerd. “Ten eerste streven we ernaar om de hinder voor de bestaande terminals te minimaliseren. Dit houdt in dat er zo min mogelijk bouwverkeer over de weg gaat. Zo is er hier een eigen betoncentrale aangelegd om zoveel mogelijk beton ter plaatse te produceren. Het zand en grind hiervoor wordt aangevoerd over het water via een tijdelijke loswal. Daarnaast zorgen we dat er zo min mogelijk verstuiving plaatsvindt van zand richting de terminals, door tijdelijk lege containers te plaatsen die het zand tegenhouden en andere anti stuifmaatregelen.
Ten tweede is veiligheid een belangrijk aspect van het project. Er wordt gestreefd om een veiligheidscultuur op een nog hoger niveau te creëren.
Ten derde is duurzaamheid een vereiste in het project. De CO2-uitstoot wordt bijgehouden via een dashboard. Van Oord maakt bijvoorbeeld gebruik van biobrandstoffen voor het baggeren en voert Van Oord de kust- en oeverwerken uit met schepen op LNG. HVO en elektriciteit worden gebruikt voor bijna alle grondwerkzaamheden. Bovendien zijn er zonnepanelen op het dak van de keet geplaatst om energie mee op te vangen.”
Uitdagingen
Het project kent verschillende uitdagingen. “Het project begon in de periode van de coronapandemie, wat voor vele uitdagingen zorgde. De bouwsector kende enorme prijsstijgingen voor materialen en brandstoffen. Daarnaast was de aanlevering van voldoende materialen een punt van zorg. Op technisch vlak waren er ook uitdagingen. Technisch gezien volgt het project het RAW-bestek, wat betekent dat er minimale ontwerp vrijhedenzijn, maar er zijn toch veel details waar rekening mee moet worden gehouden. In de uitvoering waren ook uitdagingen. Het waait op de Maasvlakte vaak harder dan in Rotterdam. Soms moet het werk hierdoor worden stilgelegd, vanwege veiligheidsoverwegingen. Bovendien zijn er veel machines, kranen en ander materieel aanwezig op locatie, wat het noodzakelijk maakt om de bouwput continu droog te houden. Drains zijn ingezet om het water uit de grond te trekken.”
Trots
Bouman is trots op de bijdrage van Van Oord aan het project. “Met de aanleg van kades en grondkeringen in de Prinses Amaliahaven is een belangrijke stap gezet in de verdere ontwikkeling van de haven en het zal de capaciteit en mogelijkheden van de Rotterdamse haven aanzienlijk vergroten. Het is mooi om te zien hoe het consortium van HOCHTIEF, Ballast Nedam en Van Oord gezamenlijk de uitdagingen aanpakken en zorgen voor een efficiënte en duurzame uitvoering van het project. Ik kan niet wachten om het eindresultaat te zien. Waarschijnlijk volgt er weer een volgend project op de Maasvlakte. Het havengebied is namelijk volop in ontwikkeling.”
Meer informatie: www.vanoord.com